‘OverLeven’ is een terugkerende rubriek die gaat over de dingen uit het leven: ‘Over het Leven.’ Bijdragen aan ‘OverLeven’? Mail mij: info@roosdenkt.nl.
Daar zit ik dan, ik heb mijn been gebroken. Dat is even behoorlijk lastig zeg. Ik had al een poosje last, maar ben niet meteen naar de dokter gegaan. Een (beetje) eigenwijs misschien. Ik loop nog wel even door dacht ik. Nou, ik heb het geweten. Stug doorgaan met een gebroken been is nou niet bepaald handig. En dus ben ik toch maar even naar de arts gegaan. Die kwam er achter dat ik een bijzondere breuk heb. Ze vroeg me hoe het gekomen was. En gek genoeg had ik geen idee. Tja, ik ben wel een keer gevallen en heb ook wel eens een tik gehad. Wanneer ik al fietsend met tegenwind extra inspanning moest leveren had ik behoorlijk last. Al een poosje. Maar wanneer het precies is gebeurd dat weet ik niet. Toch is een gebroken been de realiteit.
Ik moest maar naar het ziekenhuis. Leuk is dat, je mag zelf kiezen welke kleur gips je wilt. In mijn geval is het onzichtbare gips geworden. Gewoon, zodat niemand het kan zien. Wel moet ik nu veel zitten en de boel rust gunnen. Kalm aan doen dus. Nou dat is een pittige uitdaging voor zo’n baasje als ik ben. De laatste keer dat ik rustig aan gedaan heb, is al een poos uit mijn geheugen gewist. Maar nu moet ik dus. En het moeilijke is, dat ze niet weten wanneer ik weer fit ben. Een hele uitdaging dus. Geen idee wanneer ik weer kan hardlopen. Geen idee wanneer ik me weer een poos lekker kan uitsloven.
En dan dat doorzichtige gips. Het voordeel is dat niemand het ziet. Het nadeel is ook dat niemand het ziet. Ik krijg nog regelmatig de vraag om even wat te pakken, ergens heen te lopen of om even op te staan van mijn stoel. En ja, dat gaat nou eenmaal niet. Ik heb nog nooit iemand met een gebroken been de 100m sprint zien winnen. Al heb ik af en toen wel heel veel zin om een stuk te rennen. Maar dat gaat dus niet. Soms best frustrerend. Met het been gaat het redelijk. Ondanks de vele vragen om een stukje te lopen, heb ik toch wel wat rust. Dat doet de boel goed uiteraard. Af en toe nog wat pijn. Gelukkig zijn er mensen die dan mijn medicijnen kunnen aangeven. Ze staan boven in het kastje. Ik zie ze dus echt wel staan, maar kan er zelf niet bij. Eigenwijs als ik ben kan ik wel proberen het zelf te pakken, maar dat lukt niet. Ja, dan ben ik blij dat ik er niet alleen voor sta.
Gelukkig is het alleen een gebroken been. De rest van het lichaam is nog wel fit. Al snapt niet iedereen dat. Ik word wel eens gek aangekeken als ik grappen maak. Alsof je geen lol kan hebben met een gebroken been. Net of de humor bij een beenbreuk ineens is weggevlogen. Dan heb ik nieuws, ik ben niet depressief. Ik heb gewoon mijn been gebroken. En ja, ik weet niet wanneer het weer over is, maar daarom kan ik wel lachen. Het gaat echt wel goed komen. Ik heb veel mensen die mijn medicijnen aanreiken. Beentje gebroken, maar met goede moed richting de toekomst.
O ja, is dit een vaag verhaal? Vul dan gerust ‘Burn-out’ in op plaats waar nu ‘gebroken been’ staat. Je zult het verhaal misschien beter snappen. Maar waag het niet om mij nu zielig te vinden, ik heb alleen mijn ‘been maar gebroken’.
– Taallent
Geef een reactie